Het is niet onverstandig om serieus aandacht te schenken aan het uiterlijk van je cv. Er zijn tegenwoordig veel mogelijkheden om, grafisch gezien, iets met je cv te doen. Hoe val je op, en trek je de juiste aandacht? Maar ook: hoe voorkom je dat je met het pimpen van je cv gaat door slaan? In een eerder artikel bepleitte ik al eens “het einde van het cv”. Maar vooralsnog lijkt een cv nog steeds een algemeen gebruiksgoed. Tot die tijd valt er dus nog steeds wel eens wat over te melden. Maar eerst even een kort zijstapje: Ik maak er soms een lekker potje van. In de keuken, dan. Potten en pannen, bakblikken, kannen. Koken doe ik graag. En ik kan het best wel aardig. Mijn lasagne wordt steeds beter en ik heb een aantal andere basisrecepten die ik verder nog aan het perfectioneren ben. Nu was het wel eens zo dat we gasten kregen of dat ik voor familie de kerstmaaltijd aan het bereiden was, en dat ik dan teveel wilde. Mijn vaardigheden en mijn mogelijkheden zijn niet die van een chef, maar toch ging ik in de keuken me wat te buiten. Met alle gevolgen van dien. Ik liet niet zien wat ik in huis had door het te ver doorvoeren van lastige bewerkingen. Mijn borden hadden er mooi moeten uitzien, maar het werd een brij. Wat heb ik geleerd inmiddels? Door trouw te blijven aan wat je kunt en niet overdreven te doen, dan maak je vaak het lekkerste eten klaar. En maak je het meeste indruk. Dus doe maar gewoon. Werkt dit ook zo bij het maken van een cv? Doe maar gewoon? Het is tegenwoordig wel steeds meer gewoonte om je cv qua uiterlijk zo mooi mogelijk te maken. Je doet er alles aan om boven het maaiveld uit te komen als je solliciteert. Mooi natuurlijk, maar je moet weten wanneer je moet stoppen. Wanneer ga je te ver? Je moet oppassen dat je met de grafische mogelijkheden die er tegenwoordig zijn niet het doel van je cv uit het oog gaat verliezen. Traditioneel Je hebt natuurlijk nog het “traditionele CV”: een word-document, witte achtergrond, zwarte letters, lettertype arial.. Je kent het wel. Op zich niet erg, maar er zitten een paar nadelen aan vast. Met alleen wit en zwart val je niet direct positief op. Het is wat aan de saaie kant en het lijkt gezien de huidige tijd ook wat ouderwets. Creatieve cv’s Sommige cv’s zijn waarlijke kunststukjes. Er zijn veel mooie voorbeelden op internet te vinden. Een cv in de vorm van een melkpak. Een cv op een lap stof geborduurd. Je zult de creativiteit maar hebben! Maar… als je solliciteert naar de functie van Administratief Medewerker, dan hoef je niet je cv om te zetten naar een flashy Ganzenbord-thema of dat je een cartoon-versie van jezelf laat vertellen wat je allemaal gedaan hebt. Creativiteit is goed en mooi, maar vooral voor de creatieve beroepen. Confetti-cv’s Een ander uiterste is, wat ik noem, een “confetti-cv”. Een extreme vorm van een cv die als doel heeft op te vallen, maar die de plank misslaat. Helaas heb ik aardig wat voorbeelden gezien van cv’s waarvan je kan zien dat de maker ervan wat is doorgeslagen. Meer kleur? Dan doen wel lekker leuk fluorescerende letters! Opvallen? Dan overal glitters en sterretjes! En waarom niet alles in 3D? Of een lettertype die waarlijk uniek te noemen is… Als een kind in een speelgoedwinkel alle mogelijkheden van Photoshop uitproberen en denken dat je nu echt iets unieks hebt gemaakt. Het is een valkuil. Val er niet in. Meer kans En ik snap het wel. Vooral als je al heel lang aan het solliciteren bent. Dan wil je alles gaan proberen om meer kans te maken. Vandaar dat ik de nodige bruikbare tips wil geven. Het is een kwestie van de grafische balans als het ware. Niet saai zijn, wel opvallen, maar niet doorslaan. En omdat de meeste sollicitanten geen grafische deskundigen zijn, en ook ik dat niet ben, heb ik dus de hulp ingeroepen van… een grafisch vormgever. 1. Gebruik nooit te veel lettertypes! Eén lettertype voor de kopjes en een goed leesbaar lettertype voor de platte informatie is voldoende. Als je het met die twee fonts niet mooi kunt maken, moet je twee andere fonts kiezen. Kijk maar eens op 1001fonts.com of dafont.com 2. Qua kleurgebruik kun je het ook maar het beste simpel houden. De informatieve tekst moet sowieso een donkere kleur zijn om de leesbaarheid te behouden, maar licht blauwe of roze tekst komt gewoon ook niet erg professioneel over. Daarnaast kunt je een paar kopjes of lijntjes een accent geven met een persoonlijk kleurtje, maar ook daarvoor geldt, houd het wel zakelijk. Een tip van mij zou zijn, kijk eens naar de website van het bedrijf waar je solliciteert. Vaak is het kleurgebruik daar een goede indicatie van wat de leidinggevenden mooi vinden. 3. Zorg voor een nette layout en een ruime opzet. Dat geeft de indruk van een netjes en geordend persoon, wat de recruiters vast op prijs stellen. Dus ruime marges aan alle kanten en een grote interlinie geven een zakelijke indruk. Ook de opsomming van de werkervaring en opleidingen moeten een netjes overzichtelijk lijstje worden. 4. Uiteraard moet je rekening houden met de functie die je ambieert of de functies die je op je cv vermeldt. Net zoals de kleding die je draagt op een sollicitatiegesprek moet ook je cv passen bij de vacature, maar ook zeker bij jezelf. 5. In het algemeen geldt voor een cv zeker 'Less is More', maar het gaat erom wat je met 'Less' kan doen. Leuk je cv dus niet op met allemaal losse elementen, maar zorg dat de hoofdelementen van een cv de uitstraling krijgen die jij je cv over jouw wilt laten vertellen. Pas op! En pas op als je een cv mailt. Het is in ieder geval namelijk heel verstandig om je cv om te zetten naar een .pdf. Je opmaak van het document wordt niet in elke versie van elk tekstverwerkingsprogramma hetzelfde toegepast. Het zou erg zonde zijn…. Zit je net je best te doen om alles op twee mooie pagina’s te krijgen, dat de recruiter je exemplaar opent met net nog een zinnetje op pagina 3. Stijl boven inhoud? Er is nog een belangrijk punt om in de gaten te houden. Hoe mooi of hoe stijlvol je cv ook is, het gaat ook nog eens met name om de inhoud. Stijl is mede belangrijk om de aandacht te krijgen en vast te houden, maar dat is nog maar het begin. Inhoudelijk en qua woordgebruik, zijn er nog zat “fouten” te maken. Dus met een mooie stijl, dan zijn we nog niet eens halverwege. Wordt vervolgd, dus! Wat je hierna kunt lezen:
4 Kommentare
Over hoe sport niet alleen op fysiek gebied belangrijk kan zijn voor je welzijn. Laten we even teruggaan naar het jaar 2008. Ik was toen 36 en het was toen ca. 20 jaar daarvoor dat ik voor het laatst aan sport had gedaan. Het dikke joch wat bij de warming up, met een rode kop en zwaar hijgend, achteraan, voortploeterend, amper nog vooruit kwam…? Dat was ik! Voor het voetballen altijd al als laatste gekozen, en dan maar op doel gezet. Met een conditie van niks en weinig interesse in bewegen, snap je wel dat er weinig motivatie was om eens een sport op te pakken. En dat dan 20 jaar lang. Trouwen In 2008 besloten mijn vriendin en ik dat we gingen trouwen. Dit huwelijk voltrok zich in 2009. En een half jaar voor ons trouwen besloten we allebei naar de sportschool te gaan. Voor haar niet raar om te sporten, want ze heeft nog lang geturnd, maar voor mij een opvallende keus. Gezien mijn beperkte motivatie in die richting. Ik had echter een aantal redenen. Uiteraard wilde ik er goed uitzien voor de foto’s. Ik heb een grove bouw, en met een beetje inspanning zou ik mijn schouderpartij wat meer indrukwekkend kunnen maken, besloot ik. Maar ik had nog een andere reden. Eten! Drinken! Ik ben bourgondisch, ik hou van lekker eten en van een mooi glas wijn erbij. Ik merkte echter toen in 2008 dat ik niet als vanzelf kon blijven eten, maar dat ik moest gaan compenseren ergens. Om wat calorieën te doen laten verdwijnen. Dat ik ging sporten was een opportunistisch noodzakelijk kwaad. Het idee om te gaan sporten was voor het overige nog steeds niet aantrekkelijk voor mij. Ik had er niet bepaald zin in. 2008 - De crisis! In 2008 had ik het redelijk voor elkaar. Ik was voor mijn werk een soort van contract- en mobiliteitsexpert geworden, met een mooie vrije rol. En daarnaast kreeg ik een voorstel om me aan te sluiten bij de OR van mijn organisatie om zelfs wellicht de voorzitter te gaan worden. Ach, die OR, dat zou niet al te veel voorstellen. Er gebeurde nooit veel spannende dingen en je kon eigenlijk lekker in een adviserende rol gaan zitten. Een mooi klusje, een leuke ervaring. De grootste “crisis” die de vorige voorzitter zich kon heugen ging over de kleur van de lease-auto’s. Niks aan de hand. Waarom niet voorzitter worden van de OR? Leuk toch? 2008… Ken je dat jaar nog? Toen kwam de crisis. En die sloeg hard toe in de uitzendbranche. En met name eerst in de industrie. En ik werkte dus in de uitzendbranche. En we deden alleen maar industrie. En we hadden honderden flexkrachten op contract die wellicht geen opdracht meer zouden hebben of krijgen ergens in de komende maanden. Er was veel werk aan de winkel. Mijn vaardigheden en stressbestendigheid werd hierdoor danig op de proef gesteld. Hele drukke, zware en ingrijpende maanden. Heel veel reistijd en lange dagen. OR Ik kreeg al een beetje spijt van die OR, maar gelukkig was het wel wat leuke afleiding. Op de eerste vergadering waar we kennis maakten met het bestuur, echter, kregen we te horen dat er voor de organisatie de grootste verandering ooit op til was. Onze OR die van plan was “leuk te gaan meedenken” moest ineens heel veel leren van hoe een OR echt hoorde te werken, en moest over iets gaan instemmen waar heel veel mensen heel nerveus van zouden kunnen gaan worden. Hoezo kleur van auto, dit was andere sh*t. En ik was de voorzitter. Kortom: ik had ineens twee fulltime banen, en allebei in crisis. In beide banen moest ik van de ene dag op de andere qua niveau en managementvaardigheden ineens twee treden hoger gaan staan. Bovendien kreeg ik te maken met politiek en met zwaardere belangen. Niet dat ik het niet zou aankunnen, maar ik moest flink schakelen en flink veel van mijn mogelijkheden gaan ontdekken en direct gaan inzetten. Verzuipen? Het verstikkende gevoel dat je ook in je vrije tijd gewoon continu denkt aan je werk en aan de problemen die daar direct en indirect mee te maken hebben. Vroeg wakker, omdat je vroeg weg moet. Hectiek de hele dag, en terug naar huis eerst nog een lange file. Er was genoeg reden om te verzuipen. Maar ik deed het niet. Ik zat namelijk regelmatig in de sportschool. De sportschool De allereerste keer was ongemakkelijk. Als je geen conditie hebt dan is een kwartiertje fietsen, en tien minuten crosstrainen op standje 5, al genoeg om uren daarna nog kapot te zijn. En leuk staat anders, zo’n rode kop tijdens het bewegen en meteen veel zweetdruppels op de sportvloer. In de kleedkamer was het steevast druk, en zat je bijna bij elkaar op schoot tijdens het omkleden. Maar al snel ontdekte ik dat er ook wel voordelen aan dat sporten was verbonden. Het was een kwestie van focus en afleiding. En niet alleen van conditie en kracht. Andere focus Vooral in het begin maak je veel progressie. Dus het motiveert je jezelf steeds te verbeteren. Wat zo belangrijk was dat ik gedurende de oefeningen die ik deed mijn focus op geheel iets anders kon richten. Mijn lichaam, mijn kracht, de inspanningen. Steeds weer een stukje zwaarder, of een stukje sneller. Grenzen verleggen. Dat was zeer bevrijdend, en gaf me veel afleiding. De ontwikkeling die ik doormaakte was niet alleen lichamelijk, maar dus met name ook mentaal. Ik trainde niet alleen mijn lichaam maar ook mijn geest. Ik weet zeker dat ik de mentale kracht en weerbaarheid die ik nodig had op dat moment uit de sportschool wist te halen. In principe weet je dat dit zo werkt, sporten is niet alleen goed voor je lichaam en conditie. Maar als je het echt ervaart, dat is dan toch op één of andere manier een openbaring. Inspiratie Wat nu vooral voor mij geldt, na 9 jaar elke week minstens 1 of 2 keer naar de sportschool, is dat ik in de sportschool tonnen aan inspiratie weet te vinden. Echt elke keer verlaat ik het pand met een ingeving, een idee, tezamen met de energie om daar direct ook iets mee te doen. De site waar je nu bent aanbeland zou zonder deze activiteiten veel minder content bevatten. Content als: Allemaal bedacht in de sportschool!
Waarom naar de sportschool? Ik weet nog wel tig argumenten te verzinnen om niet te gaan sporten of om niet naar een sportschool te gaan, maar ik ken nu gelukkig nog veel meer argumenten om wél te gaan. Stel je bent “al wat ouder” en je hebt een tijd niet gesport, is dat dan wel een plek voor jou om heen te gaan, zo’n sportschool? Tja, je hoeft geen spierbundel te zijn om daar je plek te hebben. Je doet het voor jezelf en niet voor de anderen die daar ook zijn. Dus je hoeft je niet te schamen als je nog niet veel conditie hebt. Angst om eraan te beginnen hoef je niet te hebben. Ik heb gemerkt dat het steeds minder confronterend is als je er wat langer rondloopt. Je begint de vaste bezoekers wat te leren kennen, maakt eens een keer een praatje. En wat blijkt: ze hebben allemaal een goede reden om daar te zijn. Net als jij. Over hoe je serieus werk kunt maken van je loonsverhoging. En waarom het niet gepast is om je werkgever te overvallen of te chanteren. Er is één ding waar ik een tijd lang heel slecht in ben geweest in mijn carrière. Het vragen om loonsverhoging. Ondanks dat ik het natuurlijk wel waard was (zei hij heel bescheiden), kwam loonsverhoging in de regel niet automatisch naar me toe. Wat ik met name fout deed was dat het, als ik het een keer ter sprake bracht, waanzinnig slecht getimed was. Het is bijvoorbeeld een verkeerd moment om je loonsverhoging bespreekbaar te maken wanneer je het met je werkgever over iets anders hebt. Bijvoorbeeld tijdens een gesprek over werkdruk: “Het werk is niet te doen, zo met die extra taken. Maar loonsverhoging zou wellicht helpen!” Kijk dan sla je de plank een beetje mis. Los van het feit dat je de werkgever ermee overvalt, geef je een verkeerde reden om verhoging te krijgen. Je kunt beter ook niet beginnen met chanteren. Je moet namelijk wel goed verder kunnen in de arbeidsrelatie. Dus het is nooit handig als je zegt: “wil je dat ik die belangrijke klant voor je ga behouden? Nou, dan moet je over de brug komen, want daarvoor verdien ik veel te weinig!” Wellicht dat het wél lukt hoor, met de overvaltechniek of met chantage, maar dan heeft het wel een vervelende consequentie: op langere termijn zet je de arbeidsrelatie onder druk. En mogelijk andere kansen in de toekomst zullen wel eens aan je neus voorbij kunnen gaan. Maar hoe dan wel? Is er een manier om op een goede manier aan loonsverhoging te komen? Jawel, uiteindelijk is er altijd een weg. Dus ook hier. DE VIJF STAPPEN NAAR LOONSVERHOGING Verhoging? Daar moet je dus koortsachtig voor werken! Voor meer waardevolle input, lees: Je kunt geen dagblad openslaan of nieuwssite openen zonder alweer een artikel over seksuele intimidatie. We kennen nu allemaal de verhalen over de “Pussygrabber in Chief”, of over Harvey Weinstein, en ook Kevin Spacey is nu negatief in het nieuws. Maar.. Er zijn nog veel meer cases bekend. Heel veel bekende namen komen nu ook naar buiten als slachtoffer en er is een hele #metoo beweging op gang gekomen. Veel contact tussen mensen vindt plaats op de werkvloer. Dus het is niet onlogisch dat er op het werk ook seksuele intimidatie voorkomt. En onderzoek geeft dit ook aan. In ieder geval ervaren jaarlijks 134.000 mensen ongewenst seksueel gedrag van collega’s of leidinggevenden. 134.000 mensen. Ik moet zo’n getal altijd even laten bezinken. Honderd-vier-en-dertig-DUIZEND, dat is het maximaal aantal bezoekers van De Kuip, De Johan Cruijff Arena en Het GelreDome, gecombineerd. En dat aantal dus per jaar. Schrikbarend veel, Kan ik spreken van ervaring op dit gebied? #metoo? Tja, ik moest even denken, maar ik heb wel eens meegemaakt dat er sprake was van seksueel gedrag naar mij toe. Het maakte me toen ongemakkelijk, maar ik stond in de sterke positie om er een eind aan te maken. Het was ongepast gedrag, maar ik wist ook dat ik er niet langdurig mee te maken zou hebben. Het dienstverband werd namelijk al beëindigd en er kon direct ook afscheid worden genomen. “En nee, een intiem afscheidsetentje zit er dus niet in…” Ik heb er geen zaak van gemaakt. Ik durfde er ook geen kwaad achter te zoeken. En erger nog: ik gaf mezelf ook iets van de schuld, want ik vond dat ik dan maar wat minder vriendelijk had moeten doen... Maar ik realiseer me direct, wellicht denken nog veel mensen op deze manier, en worden dit soort incidenten nog wel eens met “de mantel der liefde bedekt”. Vergeef me de woordspeling. Ik kan me echt heel goed voorstellen dat er nog heel veel niet wordt gemeld. Daarom is het heel goed om stil te staan bij wat seksueel gedrag is en wat dat betekent als het plaatsvindt op de werkvloer. Wat zijn de voorbeelden? Bron: Arboportaal Verbaal:
Vanwege de impact zijn werkgevers verplicht om alle vormen van seksuele intimidatie te voorkomen. Niet makkelijk. Maar je kunt als werkgever echt wel een verschil maken! Je moet het in ieder geval niet doodzwijgen. Of andere belangen voorop stellen. Stel in de eerste plaats beleid op en laat duidelijk weten dat dergelijk gedrag niet wordt geaccepteerd. Uiteraard stel je als werkgever ook een vertrouwenspersoon aan. Ik wil vooral nog even aandacht geven aan de werknemers die te maken hebben met seksuele intimidatie. Wat kun je doen als het je overkomt op je werk? (Bron: Arboportaal)
Ik spreek de wens uit dat door de huidige hoeveelheid aan nieuwsberichten er een verbetering tot stand wordt gebracht en het aantal gevallen van seksuele intimidatie verder gaat afnemen. Vooral een werkgever kan en moet hierin veel gaan betekenen. Tot slot: dank voor het lezen! Andere Robait-artikelen: Laat me even in de glazen bol kijken. Ik voorzie het einde van het traditionele cv, niet alleen omdat het een onlogisch document is geworden, maar ook omdat het gewoon helemaal niet meer nodig is. Recent moest ik voor een project mijn cv kunnen laten zien. Maar er was een klein probleem. Ik had al tijden geen goede relevante curriculum vitae meer van mezelf. Ik greep terug naar een oud exemplaar en ik werd al helemaal kriegelig. Veel info over vroeger stond daarop, en met de blik van nu vond ik het een onlogisch en rommelig geheel. De vuistregel is dat je een cv niet langer moet zien te krijgen dan twee pagina’s. En ja, prop maar eens meer dan 20 jaar werkervaring op 2 pagina’s. Het ging alle kanten op. Weg met dat oude exemplaar dus, even helemaal opnieuw beginnen. Daar zat ik dan met een leeg document…. “Zucht”, kon ik maar gewoon een link naar mijn profiel van LinkedIn doorzetten. Op LinkedIn heb ik namelijk alles keurig op een rij, maar ook al de aanbevelingen en de onderschreven vaardigheden. Geen restricties voor wat betreft de pagina’s. Gewoon een veel beter overzicht. Maar hoe moet een goed traditioneel cv er uit zien? Niet meer dan twee pagina’s dus, maar ga je het daarmee redden? Nee, want de eerste indruk wordt niet gemaakt door het hele cv te lezen. Onderzoek heeft uitgewezen dat recruiters 6 seconden besteden aan het beoordelen van een cv. En ik weet niet of dat onderzoek echt representatief was, maar als ik naar mezelf kijk dan klopt er wel wat. Ik heb duizenden cv’s gezien en gelezen gedurende mijn carrière. Er is er géén één die ik volledig heb gelezen voordat ik mijn oordeel al klaar had. Binnen een paar seconden weet je of je iemand een goede kandidaat vindt of niet. Je scant een paar seconden op specifieke plekken van een document, en je hebt een eerste indruk. Je moet dus een cv zien te maken die aan een specifiek aantal eisen gaat voldoen. Voor een goede cv moet je haast de boel wetenschappelijk gaan behandelen. Je moet grafisch gezien iets aantrekkelijks maken, je moet tekstueel gezien de aandacht trekken en je moet goed weten op welke plekken een recruiter op het cv aan het kijken is. Weet de juiste keywords te gebruiken, wel of niet een foto, en op welke plek? Let op je kleurgebruik! En met zo min mogelijk info moet je zoveel mogelijk weten te zeggen, want “less-is-more.” Als je dat doorhebt, en je kunt daar iets mee, dan heb je dus een cv die de eerste zes seconden van de selectie gaat overleven. Mits je de juiste ervaring en opleiding hebt natuurlijk. Gefeliciteerd! Vind ik de huidige vorm van een cv bruikbaar? Ik twijfel daar steeds meer aan. Niet alleen vanwege de steeds meer complexe spelregels waar het document aan moet voldoen om boven het maaiveld uit te komen. Nee, ik vraag me echt af of een traditioneel cv niet hopeloos ouderwets aan het worden is. Het document op zich is namelijk al een tijd al niet meer “fysiek”. Elke sollicitatie wordt per mail of anderzijds digitaal gedaan. Stel je open voor wat er digitaal al niet mogelijk is. Je kunt in je digitale cv namelijk al bij wijze van spreken op elk woord een link plaatsen naar je relevante online profilering, of naar een eigengemaakt testimonial op YouTube, of naar je eigen website. Een passend artikel, een project waar je aan hebt meegewerkt, de website van je oud werkgevers, je kunt het zo gek niet verzinnen. De selecteur kan nog minutenlang doorklikken als de interesse is gewekt. "Links" en "content". Goh, net een LinkedIn-profiel! Daar kun je ook links toevoegen... Daarbij vraag ik me dus echt af of het cv gewoon al niet vervangen is door een Profiel. We kennen in Nederland een beroepsbevolking van zo’n 12,8 miljoen mensen, Eén derde daarvan heeft een profiel op LinkedIn. Dat is best een indrukwekkend getal, maar het wordt nog indrukwekkender. Ca. 79% van alle werkzoekenden gebruikt LinkedIn. Ik ben wel eens benieuwd. Hoe wordt erop gereageerd als je in plaats van een cv in je sollicitatiebrief alleen een link naar je LinkedIn-profiel neerzet? Zou je daarom worden afgewezen? Artikelen die je nooit kunt afwijzen: |
Details
Archieven
Juli 2022
Categorieën
Alles
|